De waarde van woorden die irritatie oproepen.

Het jaar 2023 voelt als een nieuw begin na een lange, spookachtig duistere periode. Nog nooit eerder heb ik me zo hoopvol gevoeld over mezelf. Fantastisch! En natuurlijk is dat vervolgens weer doodeng. Want…wat als ik het mis heb? Wat als ik weer crash en het weer niet voel aankomen? Wat zegt dat over mij? Of wat als het wel goed gaat en alles te groot wordt om aan te kunnen? Wat als het dan toch nog misgaat? Wat als, wat als…de twee woorden waarvan ik mezelf had beloofd ze niet meer te gebruiken, maken me helemaal gek, omdat ik me GOED voel. Hoe vreemd werkt mijn brein?

Tegelijkertijd voel ik me wat overweldigd. De laatste paar dagen zijn te druk geweest en dat landt dan boven op mijn te hoge “basis-spanning” omdat er al jaren zoveel emotionele shit gaande is. Dus ik heb wat ruimte nodig om alles weer te processen. De emoties en gedachten zitten in opstopping in mijn brein, lichaam en zenuwstelsel. Er is file in het verwerkingsproces. Error, error!

Maar wat ben ik godsallemachtig dankbaar dat ik dat nu kan voelen! Dat ik die tegenstrijdige gevoelens en gedachten kan onderscheiden en dat ik weet wat “dit” is. Dat ik de Error en de Overweldiging herken, naast het feit dat ik me goed en hoopvol voel. Dat ik niet direct in paniek raak en denk “Neee, niet weer een burn-out!”. Dat ik het gevoel (en mezelf) dus even ruimte kan geven. Dat het niet direct betekent dat ik om ga vallen maar dat het enkel “even rust pakken” betekent. En last but not least, dat ik ook weet wat ik dan nodig heb. Niet om het “te fixen” maar om te doen waar ik behoefte aan heb; wat mij helpt om alle informatie en emoties langzaam een plekje te geven. Iets waarbij ik jaren geleden nog uitgeschreeuwd had “Ja, maar #HOEDAN?!”

De oorzaak van die ontzettend positieve verandering vond plaats in 2022 en is de reden van dit artikel. In de laatste week voor Kerst opende ik een mail en klikte ik op de button” Doe nu mee aan het webinar over hoogsensitiviteit”. Natuurlijk had ik me in de afgelopen jaren al 26x opgegeven voor zo’n webinar. Ik heb honderden artikelen en tientallen boeken gelezen over hoogsensitiviteit. Met dank aan het fijne boek van Saskia Klaaysen (Prikkels bijten niet) wist ik zelfs in wat voor categorie ik val. Want ik ben natuurlijk geen “gewoon” hoogsensitief persoon. Nee, ik “ben” een HSS’er. Een “high sensitive sensation seeker”.

Daar was voor mij al zoveel mis mee. a) Ik HAAT uitspraken als “ik ben hoogsensitief“. Ik HAAT hokjes. En b) Die omschrijving klinkt totaal niet als wie ik ben. Dus in eerste instantie negeerde ik deze term en alles wat ermee te maken had. Ik ben geen thrill-seeker, ik haat extreme sporten zoals skydiven of bungeejumpen en ik ga al met frisse tegenzin de Python in. Daarnaast ben ik hartstikke extrovert dus ik voelde me toch niet helemaal thuis in dat stomme hokje. En had ik al gezegd dat ik hokjes haat? Maar natuurlijk leerde ik pas wat later wat dat woord eigenlijk betekende.

De term HSS was niet het enige dat ik negeerde. Ook “hoogsensitief” zelf had het voorrecht van gruwelijke afkeer. Want, als iemand het maar voorstelde begon mijn monoloog al. “Je BENT niet iets! Je hebt er kenmerken van, maar je BENT het niet. Zo denken is niet goed. Ik haat labels, waarom moet alles een naam hebben en ingedeeld worden in hokjes?”. Zelfs toen iemand wiens mening ik ten zeerste respecteer zei “Zie het dan als een handleiding en niet als een label” veranderde er iets maar nog wilde ik dat webinar niet volgen. Natuurlijk veranderde er intern wel iets en dat gesprek heeft zeker bijgedragen aan langzame acceptatie, want ik hou van handleidingen en die aanpak beviel me wel. Alleen, ik deed al jaren alles wat een hoogsensitief persoon nodig heeft. Want dat ik extreem gevoelig ben, dat wist ik inmiddels wel. Dus waarom had ik dan nog een “label” nodig? Het was dat woord. Ik kon het woord niet handelen en ik ging uit mijn weg om het te vermijden. Want ik had zo’n hekel aan mensen die zich voorstellen en praktisch direct zeggen “Ja, ik ben hoogsensitief”. Hup, in de weerstand!

In de week voor Kerst klikte ik dan toch op de link. Want het was pas 10.05 en ik wilde met mijn laptop in het Liesbos gaan werken, maar dat restaurant zou pas om 11.00 opengaan dus ik had nog even tijd. De slide waarop ik binnenkwam ging over hoeveel “we” de natuur nodig hebben. Ik draaide met mijn ogen en sloot bijna de laptop. Serieus, was dat het niveau? Dat wist ik toch al lang. Misschien moet ik ook maar webinars gaan geven, kennelijk “mag” iedereen dat gewoon doen als je de info hebt. Maar toen hoorde ik één van de dames zeggen: “Wij krijgen per seconde 35 prikkels binnen waar de andere mensen er maar twee binnenkrijgen. En we leggen ook nog eens verbanden die andere, niet hoog sensitieve mensen, niet leggen. Dus we zijn in ons hoofd ook nog eens veel langer bezig met analyseren en verwerken”.

Dat hield mijn aandacht wél vast. Want dit was concreet. En confronterend. Ja, ik wist dat ik hoogsensitieve kenmerken had. Ja, ik deed alles wat ik daarom nodig heb. De wandelingen, de natuur, de yoga & QiGong, het mediteren en de honderdduizend keer meer “alone-time” om alle prikkels te verwerken en ga zo maar door. Maar ik deed het “omdat het moest”. Niet omdat er diep in mijn zoveel behoefte aan was. Niet omdat ik tegemoetkwam aan iets in mijn ziel dat schreeuwde om ruimte, maar omdat “ik dit gevoel moest fixen”. Ik presteerde het dus echt om te doen wat ik nodig had, om totaal de verkeerde redenen.

Daar kwam nog bij dat ik niet alleen hooggevoelige eigenschappen heb, maar ook gewoon totaal overprikkeld ben. Sinds mijn burn-out ben ik dan ook hartstikke overgevoelig. En dat vind ik nogal een verschil. Als je zo vol spanning en anxiety hebt gezeten, dan ben je overgevoelig en is alles snel te veel. Er is dus een groot verschil; het ene is tijdelijk, een nare fase. Het andere is een gave. Ja, ik zie de hooggevoeligheid in mezelf inmiddels als een gave; nu ik begrijp wat er in mij gebeurt en nu ik het bewust inzet, kan ik mensen helpen met alles wat ik aanvoel zonder mezelf erin te verliezen. Overgevoelig zijn en nul prikkels aankunnen is gewoon heel erg klote, beperkend en totaal niet helpend.

Anyway. Daar, in dat webinar vol met info die ik al lang wist maar niet “wist”, viel er iets van me af. Ik ademde in en iets waarvan ik niet eens wist dat het vastzat in mijn buik, kwam los. Ik voelde me zachter en rustiger. En ik accepteerde mezelf eindelijk helemaal voor de volle 100%. Het gevoelige meisje dat onder alle noodzaak voor nieuwe dingen, nieuwe mensen en ontwikkelen en leren, ook heel veel tijd nodig heeft om het te plaatsen. Dat meisje dat zoveel voelt dat ze soms weken even niks meer voelt omdat ze niet begrijpt wat er allemaal tegelijk gaande is. Het meisje dat zoveel energie van anderen oppikt maar zich daar nooit bewust van was. Het meisje dat enorm veel spanning voelt omdat ze onbewust vecht tegen al dat gevoel. Die spanning voelt ze wel maar ze weet niet waarom en pas als ze zichzelf vraagt “What are you resisting?” dan valt er iets weg en kan ze al dat gevoel binnenlaten. Wat haar dan natuurlijk direct totaal overweldigd want het is veel te veel. Een opbouw van weken.

En dan zit ze hier. Achter die laptop. Te schrijven aan een artikel dat in haar hoofd steevast begint met “Het is lang geleden dat ik schreef maar er is ook zoveel gebeurd…”. Want dan is ze er klaar voor. Dan is er of een punt is bereikt dat het teveel is en het moet uit haar koppie, en/of ze is klaar om alles wat dieper te verwerken en weer te voelen. Om alles van haar af te schrijven en ruimte te maken.

Mooi hè, dat het schrijven op dat punt dan in de derde persoon gaat? Ik merk dat ik dat vaker doe. Het is geen afsluiten ervoor. Denk ik. Dus ik zal het nog eens herhalen. Ik “ben” hoogsensitief. Ik ben ontzettend gevoelig en ik heb erg veel tijd en ruimte nodig. En dat vind ik soms lastig want ik heb ook veel behoefte aan met mensen zijn en om leuke, nieuwe dingen te doen. Bovendien doe ik werk met enthousiasme en passie, wil ik mijn boek uitbrengen, ben ik met een opleiding bezig en hou ik van sporten. Er zitten maar een beperkt aantal uren in de week en ik heb momenteel ontzettend veel moeite met het vinden van de juiste balans tussen werk/passie, met de mensen zijn van wie ik hou en daar leuke dingen mee doen en die “alone time” in de natuur, die zo nodig is om al die andere shit te verwerken. #HOEDAN?!

Het allermooiste is natuurlijk de ironie. En de echte reden van dit artikel. Want er ligt waarde in de gruwelijke irritatie die woorden kunnen oproepen. In mijn verleden was er namelijk ook een ander woord dat extreme frustratie opriep. Een ander woord dat ik weigerde te gebruiken. Ik deed alles wat je moest doen in zo’n situatie maar niet omdat ik “dat woord” was/had. Nee. Ik verzon andere woorden om te omschrijven wat er aan de hand was. Ik was slechts “overprikkeld”. Ik was “gecrashed”. Maar nee…”Ik had godverdomme geen burn-out!”. Dat was het woord van 2017 dat ik zo hard negeerde.

En pas toen ik dat woord begon te gebruiken, vond ik de kalmte om mezelf de rust te gunnen die ik zo hard nodig had. Pas toen begon het echte herstel. Na een periode van ergens diep vanbinnen toch stiekem nog keihard vechten. En een grote bijdrage aan waarom ik me nu zo hoopvol voel, één van de redenen dat er mooie verschuivingen richting een positieve flow plaatsvinden, is die acceptatie van mezelf en waar ik behoefte aan heb. Net als toen.

Acceptatie is een bijzonder iets. Soms ben je er volledig van overtuigd dat je iets al lang hebt geaccepteerd, en dan blijkt maanden of jaren later dat een deel van jou er nog steeds tegen vocht. En soms ben je je helemaal niet bewust van acceptatie omdat dat stukje dan ook gewoon “vervliegt”, want je hebt het losgelaten. Dat besef je je niet totdat iemand het weer ter sprake brengt. En soms moet je honderd keer hetzelfde doen voordat je ziet hoe je in elkaar zit. Voordat je jezelf de ruimte kunt geven die je anderen zo makkelijk geeft. Voordat je echt diep vanbinnen kunt zien waar jij behoefte aan hebt. Voordat je jezelf helemaal ziet, helemaal omarmd en ten volle accepteert.

###